U had van dinsdag 28 januari tot en met maandag 10 maart 2025 de mogelijkheid om een zienswijze in te dienen over de Notitie Reikwijdte en Detailniveau Zandwinning in de Noordzee 2028 – 2037 suppletiezand en de Notitie Reikwijdte en Detailniveau Zandwinning in de Noordzee 2028- 2037 ophoogzand.
Bekijk documenten
Opstellen Milieueffectrapport
Voor de winning van deze hoeveelheid zand moeten er milieueffectrapporten (MER) worden opgesteld. Voor zowel suppletiezand als ophoogzand moeten Omgevingsvergunningen ontgrondings-activiteit (artikel 5.1, lid 1 sub c Omgevingswet) worden aangevraagd.
Er worden twee aparte mer-procedures doorlopen:
- Voor de winning van suppletiezand (Rijkswaterstaat);
- Voor de winning van ophoogzand (Stichting LaMER, waarin de commerciële zandwinbedrijven samenwerken).
Dit betekent dat er ook twee notities reikwijdte en detailniveau (NRD’s) en twee aparte milieueffectrapporten (MER-en) worden opgesteld.
Zoekgebieden
In deze milieueffectrapportages zal voor de periode 2028 t/m 2037 worden bekeken waar huidige zoekgebieden voor de Nederlandse kust nog voldoende benut kunnen worden, of waar er aanpassingen nodig zijn. Daarbij wordt gekeken naar de milieueffecten van zandwinning, hoeveel geschikt zand er nog aanwezig is in bestaande zoekgebieden, waar uitbreiding van zoekgebieden mogelijk is en of het wenselijk is om over te stappen op nieuwe varianten van zandwinning, zoals dieper winnen. In het MER worden dergelijke alternatieven uitgewerkt.
Informatiebijeenkomst
Op 10 februari 2025 heeft er een informatiebijeenkomst plaatsgevonden over de Zandwinning in de Noordzee 2028 - 2037. Rijkswaterstaat heeft een presentatie gegeven en mensen konden vragen stellen over het project. U kunt deze presentatie en de antwoorden op de vragen onderaan deze pagina terugvinden.
Ingediende zienswijzen
Van dinsdag 28 januari tot en met maandag 10 maart 2025 zijn 5 zienswijzen ingediend. Alle zienswijzen afkomstig van organisaties. Een deel van die zienswijzen is namens meerdere organisaties ingediend. In totaal hebben 11 organisaties hun naam onder de zienswijzen gezet.
Een deel van de zienswijzen is ingediend vanuit het buitenland. Eén zienswijze komt uit België en één uit Duitsland.
Wat gebeurt er nu?
Na sluiting van de zienswijzentermijn worden door de medewerkers van het project alle binnengekomen zienswijzen zorgvuldig gelezen. De Commissie voor de milieueffectrapportage wordt ook om advies gevraagd over het milieueffectrapport. Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat betrekt de zienswijzen, advies van de wettelijke adviseurs en Commissie voor milieueffectrapportage bij het vervolg. In een nota van beantwoording beschrijven zij hoe de zienswijzen zijn beoordeeld en of en zo ja op welke wijze met de zienswijze wordt omgegaan bij het opstellen van de milieueffectrapporten. De Nota van Beantwoording zal naar verwachting in het tweede kwartaal 2025 klaar zijn. De indieners van de zienswijzen krijgen hier een bericht van. Het MER en ontwerpbesluiten worden naar verwachting in juni/juli 2027 geplaatst op deze website. Indieners van een zienswijze ontvangen hier ook een bericht van.
Kennisgeving in de Staatscourant
Op maandag 27 januari 2025 is de kennisgeving van de zienwijzentermijn geplaatst in de Staatscourant.